Het is behoorlijk vreemd om te zien hoe Sam Bankman-Fried, de gevallen oprichter en CEO van FTX, door sommige kranten in positief daglicht wordt gezet. In principe is hij er immers verantwoordelijk voor dat een grote groep mensen hun zuurverdiende spaargeld kwijtraakten door de problemen bij FTX. Ditmaal is het de New York Times, dat een artikel schreef over de goede reputatie van Bankman-Fried op de Bahama’s.
“Hij heeft een goed hart”
New York Times journalist Rob Copeland benaderde voor zijn artikel mensen van de lokale bevolking om te vragen wat zij van Bankman-Fried vonden. Hieruit kwamen quotes als “hij heeft een goed hart” en “ik heb medelijden met hem.” Een ander lid van de lokale bevolking geeft aan dat het helemaal niet logisch voelt dat Bankman-Fried voor zijn daden in de gevangenis is beland.
Het artikel suggereert verder dat het goede gevoel vanuit de gemeenschap het gevolg is van zijn miljoenendonaties aan kerken, goede doelen en overheidsinstellingen. Volgens Copeland doneerde Bankman-Fried zelfs geld aan de lokale politie.
Volgens Cryptonator1337 handelde Bankman-Fried als een soort Pablo Escobar. Laatstgenoemde was een beroemde Colombiaanse drugsbaas die miljoenen investeerde in de lokale infrastructuur en grote bedragen aan goede doelen doneerde. Uiteindelijk zorgde dat er zelfs voor dat hij president van het land werd.
Ook een negatief geluid
Er was slechts één persoon in het artikel die een negatief geluid liet horen over Bankman-Fried. Volgens deze persoon zijn de daden van Bankman-Fried een slechte zaak voor de crypto-industrie. “Waarom zou je dit publiceren. Dit is gênant”, zo laat een willekeurige Twitteraar weten.
Het meest opvallende is misschien wel dat de New York Times het jaar 2022 voor Bankman-Fried “lastig” noemde, terwijl de geweldsdelicten van gangs in New Providence op de Bahama’s veel erger was. Olayemi Olurin, een lid van de lokale bevolking van de Bahama’s, zegt in een video dat de bevolking “helemaal niets” om Bankman-Fried geeft.
Claim cadeau
